Robotiseren kun je leren: Komt de landbouwrobot van de toekomst uit Breda?

Vol verwachting kijken de studenten naar wat er gaat gebeuren: Pakt de door hun ontwikkelde landbouwrobot het demonstratiegewas goed uit de aarde? En weet hun creatie het vervolgens ook nog in de goede bak te stoppen? In de kas van Curio namen een aantal studententeams het afgelopen maandag tegen elkaar op: Wie weet de beste landbouwrobot te ontwikkelen?

De studenten van Curio (mbo) en Avans (hbo) hebben de afgelopen tijd samen gewerkt om hun robot werkelijkheid te maken. Ze kregen een frame en een opdracht mee. Verder was het aan de studenten zelf om er iets van te maken. Volgens Marius Moonen van Avans is het belangrijk dat de studenten zich over dit vraagstuk buigen, want dergelijke robots zijn in de toekomst hard nodig, want er wordt al volop geëxperimenteerd met nieuwe technieken, waarbij verschillende gewassen op één akker door elkaar heen geteeld worden.

“Het gaat over een duurzame vorm van voedsel produceren, gebruikmakend van biodiversiteit in je systeem”, legt Moonen uit. “Dus niet meer één groot veld met allemaal hetzelfde. Dat is heel gevoelig voor ziektes en plagen en dan moet je veel bestrijdingsmiddelen gebruiken. Dat hoeft, als je een goede combinatie van gewassen maakt, niet of veel minder.”

Pixelteelt

Sommige boeren houden zich nu al bezig met strokenteelt. Linten met verschillende gewassen wisselen elkaar dan af. Maar het kan nóg verder gaan, bijvoorbeeld met pixelteelt. De akker wordt dan in kleine blokjes opgedeeld, zoals pixels op een beeldscherm. In elke pixel kan dan een ander gewas staan. De pixels kunnen zo klein zijn als één plant per blokje. De verschillende gewassen staan dan door elkaar heen. Als je dan bijvoorbeeld weet dat gewas A een stofje afgeeft, waardoor vliegjes die schadelijk zijn voor gewas B wegblijven, zou je die gewassen naast elkaar kunnen zetten. Voor een boer op een trekker zou het niet te doen zijn om op deze manier te werken. Maar een robot, die kan dat wel. Althans, de benodigde technieken daarvoor zijn nu volop in ontwikkeling.

Student Thimo Harte en zijn team hebben de nodige obstakels moeten overwinnen om hun robot te laten doen wat het moet doen. “Het integreren was denk ik de grootste uitdaging. We hadden heel veel dingen los getest en gemaakt. Vervolgens moest dat één geheel worden. Dan komen er andere problemen op, waarbij we nog niet hadden stilgestaan.” De student denkt dat het ook nog wel even gaat duren voordat we robots zoals deze door het Nederlandse landschap zullen zien rijden. “Een plant kan heel erg variëren. We hebben nu allemaal plastic planten, dus we hebben eigenlijk continu dezelfde plant geoogst. Dat gaat in het echt natuurlijk anders zijn.”

Alternatieven

Of de landbouwrobot van de toekomst écht uit Breda gaat komen, is nog niet te zeggen. Wel is het volgens Moonen logisch dat er volop onderzoek naar gedaan wordt. “Nederland is altijd heel goed geweest in landbouw, innovatie en techniek. Die combinatie is natuurlijk fantastisch. Je ziet alleen dat, omdat we nog steeds in de huidige verdienmodellen geneigd zijn om door te gaan in het oude systeem, we iets nodig hebben om tot versnelling te komen. We moeten echt iets gaan doen, want het oude systeem heeft de problemen veroorzaakt. Het heeft heel veel voordelen gebracht, maar we zien steeds meer dat de nadelen de boventoon begint te voeren. Daarom moeten we met alternatieven aan de gang.”