Het gebruik van de wapenstok door de Bredase boa’s heeft sinds de invoering slechts één keer plaatsgevonden. De stok werd daarbij gebruikt als verdedigingsmiddel in een bedreigde situatie. Dat laat de veiligheidswethouder Eddie Förster (VVD) weten in een update-brief aan de gemeenteraad.
Veertig buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) lopen sinds 6 februari van dit jaar in Breda met een korte wapenstok. In 2023 besloot de minister van Justitie en Veiligheid dat gemeenten de wapenstok voor boa’s voor een periode van twee jaar mogen aanvragen. Een reden voor dit besluit is dat boa’s zich veiliger moeten voelen en zichzelf beter kunnen beschermen in gevaarlijke situaties. Na de pilot van twee jaar evalueren de lokale politie en het Openbaar Ministerie (OM) het besluit.
Verantwoord gebruik
De wapenstok werd slechts één keer ingezet om een glazen fles uit iemands hand te tikken. Hierdoor verdween het gevaar en kon de verdachte van een mishandeling worden aangehouden. Naast de eenmalige inzet, is de stok sinds de invoering twaalf keer met de hand gebruikt. “In de situaties dat de wapenstok ter hand is genomen, is dit ter afwending van gevaar geweest en had het ter hand nemen een de-escalerend effect”, schrijft de wethouder in de brief.
Aan het gebruik van de wapenstok zijn bepaalde voorwaarden verbonden. Zo moeten de boa’s de juiste trainingen volgen en wordt het gebruik van de stok geregistreerd. “In Breda kiezen we daarnaast nog voor extra aanvullende eisen, zoals een weerbaarheidstraining. Boa’s zijn voor het gebruik van de wapenstok aan dezelfde regels gebonden als de politie”, aldus Förster. De politieacademie controleert jaarlijks de naleving van deze regels.
Wethouder Förster komt in het tweede kwartaal van volgend jaar terug met de evaluatie van het eerste jaar. In deze evaluatie zullen zowel cijfermatige onderbouwing als de ervaringen van de boa’s zelf aan bod komen.