Archeologen van de gemeente Breda hebben bij werkzaamheden voor de herinrichting van de Vlaszak restanten van een middeleeuwse waltoren ontdekt. De toren was waarschijnlijk onderdeel van de oudste fase van de dertiende-eeuwse omwalling van Breda. Volgens archeoloog Erik Peters komt een vondst zoals deze niet vaak voor: “Het is toch wel bijzonder.”
“De vondst is eigenlijk vooral een aanvulling op wat we al wisten”, vertelt Peters. Het was hiervoor al bekend dat in dertiende eeuw een omwalling is aangelegd rondom Breda en dat in de veertiende eeuw tegen die omwalling een stadsmuur is gebouwd. Deze toren bevindt zich echter aan de binnenkant van die eerdere omwalling. “Het is dus niet verbonden aan de stadsmuur, maar aan een oudere omwalling.” De toren werd vroeger vooral gebruikt als uitkijktoren om mensen die de stad naderden te kunnen spotten.
Veel restanten
Volgens de archeoloog is vooral de grootte van de ontdekking uitzonderlijk. In 2015, bij het leggen van een leiding, was er ook een stukje van een toren gevonden, maar die vondst was te klein om zekerheid te geven dat het om een waltoren ging. “Dan heb je een klein stukje en je weet dat het iets is, maar je weet nog niet wat het is”, vertelt Peters. De recente ontdekking is wel groot genoeg om die onzekerheid weg te nemen. “Zo zie je dat het vaak weer tien jaar duurt voordat je het volgende stukje van de puzzel tevoorschijn haalt.”
De toren is nu weer begraven op dezelfde locatie als waar het lag. De archeologen moesten zo snel mogelijk hun werk afronden, zodat de wegwerkzaamheden weer vervolgd konden worden. Dat de restanten niet naar een museum gebracht kunnen worden, vindt Peters niet erg: “Het kan nu gewoon blijven zitten, het zit nu op de originele plek.” Hij verwacht niet dat er de komende weken nog een stuk van een waltoren gevonden zal worden tijdens de werkzaamheden, hoogstens een stukje stadsmuur.
