Op twee Bredase scholen in het voortgezet onderwijs zijn dit jaar meer aanmeldingen binnengekomen dan er plaats is voor nieuwe leerlingen. Voor Markenhage en het Michaël College was het daardoor noodzakelijk om een aantal kinderen uit te loten. Raadsleden Jason Koevoet (VVD) en Antje Beers (CDA) zijn van mening dat ieder kind op de school van zijn of haar eerste keuze toegelaten zou moeten worden. Zij stelden vragen aan het College van burgemeester en wethouders.
Voor leerlingen van groep 8 van de Bredase basisscholen nadert het einde van een belangrijk deel van hun leven. De basisschoolperiode begon voor hen op 4-jarige leeftijd en wordt binnenkort afgesloten. Het schooladvies is al even geleden vastgesteld en de aanmelding bij de VO-school is ook afgerond, dus de druk is wel van de ketel. Het merendeel van de leerlingen maakt zich op voor een spetterende afscheidsmusical en een afsluitend schoolkamp. Daarna volgt de welverdiende zomervakantie en een start op de nieuwe school.
Eerste keuze
Voor sommige leerlingen is dat helaas niet de school van hun eerste keuze. Markenhage en het Michaël College kregen dit jaar te veel aanmeldingen binnen. Voor het Michaël College is het maximale aantal nieuwe leerlingen 80, Markenhage heeft plaats voor 112 nieuwe leerlingen. Meer ruimte is er niet in de gebouwen. Hierdoor moest er geloot worden en viel een aantal leerlingen buiten de boot. Zij worden geplaatst op de school van hun tweede of derde keuze.
Raadsleden Jason Koevoet en Antje Beers zijn van mening dat iedere leerling toegelaten zou moeten worden op de school van hun eerste keuze. Zij hebben een aantal vragen geformuleerd en deze voorgelegd aan het College van burgemeester en wethouders. Koevoet: “Het is fijn dat alle Bredase leerlingen terecht kunnen in Breda, maar wij willen er wel voor gaan dat dit ook op de school van de eerste keuze is.”
‘Alleen maar goede scholen in Breda’
Koevoet en Beers hebben het College gevraagd of zij het er mee eens zijn dat alle leerlingen op de school van de eerste keuze geplaatst zouden moeten worden. Als dit niet mogelijk is zou in de richting van slimme oplossingen gedacht moeten worden. “Een samenwerking tussen scholen die qua onderwijsconcept een overlap hebben kan een oplossing bieden. De school waar je je ingeschreven hebt, dáár moet je je diploma krijgen en dáár moet je het merendeel van je lessen krijgen. Dat je daarnaast af en toe een samenwerking hebt met een andere school, dát kan een slimme oplossing zijn. Geen makkelijke, dat zeg ik er ook meteen bij, maar wel een slimme.”
Auke van Ast is rector van De Campus, waar zowel Markenhage als het Michaël College onder valt. “Waarom we op dit moment zo veel aanmeldingen krijgen voor onze scholen, dat blijft altijd gissen. Wat we in ieder geval vaak terug horen is dat de persoonlijke aandacht die wij leerlingen geven belangrijk wordt gevonden. Een voorkeur voor bepaalde scholen is altijd een golfbeweging, volgens mij. In Breda zijn alleen maar goede scholen. De laatste jaren merken wij wel dat we veel aanmeldingen binnenkrijgen.”
‘We doen dit al jaren op deze manier’
Anne-Geerke Hesselink is Algemeen Directeur van de Onderwijsgroep Tessenderlandt en voorzitter van het RDO (Rectoren/Directeuren-overleg) van de Bredase VO-scholen. “Wij hebben vanuit de gemeente inderdaad de vragen van VVD en CDA doorgestuurd gekregen. We hebben even meegedacht met de gemeente. De wijze van aanmelding en plaatsing doen we al jaren op deze manier. Dat gaat middels loting omdat we nou eenmaal te maken hebben met gebouwen, waar niet genoeg plek is voor alle leerlingen.”
In haar antwoorden op de vragen van Koevoet en Beers zegt het College dat zij iedere leerling een school toewensen die past bij hun niveau en wensen. De verantwoordelijkheid voor de aanmelding en plaatsing ligt echter bij de VO-scholen zelf, geeft het College aan. “De VO-scholen streven gezamenlijk naar optimale onderwijskwaliteit en hanteren loting als eerlijke, transparante toewijzingsmethode. Uitgelote leerlingen ontvangen persoonlijk bericht en extra begeleiding om toch een ‘warme landing’ te maken op hun nieuwe school”, zo valt te lezen in de schriftelijke reactie.
‘Gezien en gehoord’
Bij de lotingsprocedure waar een notaris bij aanwezig is, krijgen alle leerlingen een nummer. De nummers gaan de hoge hoed in, waarna er geloot wordt. In het bijzijn van alle rectoren worden de uitgelote kinderen geplaatst op de scholen van hun tweede of derde keuze. Hesselink: “Zeker 95 % van de leerlingen is dit jaar geplaatst op de school van de eerste keuze. De overgrote meerderheid van de uitgelote leerlingen komt in ieder geval op de school van de tweede keuze.”
“Natuurlijk wordt er tussen scholen wel nagedacht hoe we meer gebruik kunnen maken van elkaars expertise”, vervolgt Hesselink. “Maar een leerling die zich inschrijft op school A en les krijgt op school B? Daar moet je wel heel goed over nadenken hoe je dat organiseert. Het is de bedoeling dat een leerling zich gezien en gehoord voelt. Zeker in het eerste jaar is het belangrijk dat zij zich veilig voelen in hun klas. Wij proberen altijd te denken vanuit de gedachte ‘Wat is het beste voor de leerling? Hoe zorgen we dat alle leerlingen een passende plaats hebben in Breda?’ Want dat is het belangrijkste. Er is altijd een passende plaats in Breda.”
‘We zijn er mee bezig’
Een maand later spreken we nogmaals met raadslid Jason Koevoet. Net terug van zijn huwelijksreis heeft hij inmiddels gesproken met wethouder Arjen van Drunen (GroenLinks/PvdA) over de antwoorden van het College. “De wethouder is er wel echt mee bezig, als hij kansen ziet pakt hij die. Er zullen dit jaar meerdere structurele overleggen plaatsvinden waar dit onderwerp zal worden aangekaart. Een goed, veilig plekje is belangrijk. Als 95 % van de leerlingen op de school van de eerste keuze geplaatst kan worden is dat een hoop, maar dat moet wat ons betreft toch echt naar de 100%. We willen naar concrete oplossingen, maar het belangrijkste is dat we er mee bezig zijn.”